Paraguayaanse Guarani

Paraguayaanse Guarani
₲
De guarani (Spaans: guaraní) is de munteenheid van Paraguay. Eén guarani is 100 céntimos, maar door de inflatie wordt die onderverdeling niet meer gebruikt. De munteenheid is vernoemd naar het Guaraní-volk dat leeft in Bolivia en Paraguay.

Munten zijn beschikbaar in 50, 100, 500 en 1000 guarani. Er zijn bankbiljetten van 2000, 5000, 10.000, 20.000, 50.000 en 100.000 guarani in omloop.

De euro en de Amerikaanse dollar kunnen ook als betaaleenheid gebruikt worden.

Toen het een Spaanse kolonie was, werd de Spaanse escudo gebruikt. Na de onafhankelijkheid werd voornamelijk de Argentijnse peso (ARG) als munteenheid ingezet. De gouden munt Paraguayaanse peso fuerte (PYF), die naast de Argentijnse peso als lokale munteenheid gebruikt werd was hieraan 1 op 1 gekoppeld. Naast de gouden munt werd er ook een papieren munteenheid gebruikt: de Paraguayaanse peso (PYP) die hard devalueerde ten opzichte van de gouden munt door excessief bijdrukken van bankbiljetten. In 1943 werd het monetaire systeem vernieuwd en werd de guarani ingevoerd in een verhouding van 100:1 ten opzichte van de peso. Met deze vernieuwing werd ook het gebruik van de Argentijnse peso officieel afgeschaft.

Land (geografie)
  • Paraguay
    Paraguay, officieel de Republiek Paraguay (Spaans: República del Paraguay; Guaraní: Tetã Paraguái), is een land in centraal Zuid-Amerika. Het grenst in het noorden aan Bolivia, in het oosten aan Brazilië en in het zuiden en westen aan Argentinië. Het land is vernoemd naar de Paraguay-rivier, waarvan de naam op verschillende manieren wordt verklaard. In de meeste gevallen wordt een combinatie voorgesteld van termen uit de inheemse taal Guaraní die een verbinding leggen tussen "rivier" en "zee", dus "de rivier die naar de zee stroomt". De uitspraak is Paragwaj.

    De eerste Europeanen arriveerden in het begin van de 16e eeuw en stichtten in 1537 Asuncion. De stad werd befaamd door het wilde nachtleven en de florerende prostitutie. De stad werd het centrum van een Spaanse koloniale provincie en een centrum voor de missie van de jezuïeten in Zuid-Amerika. Paraguay als zelfstandige staat is ontstaan op 14 mei 1811 toen het zich bevrijdde van de vroegere kolonisator Spanje. Geïnspireerd door de Franse Revolutie nam het nieuwe land als vlag van Paraguay dezelfde kleuren als de vlag van Frankrijk, die staan voor vrijheid, gelijkheid en broederschap. In het land ontwikkelde de Dictator Supremo José Gaspar Rodríguez de Francia, bijgenaamd El Supremo, die regeerde van 1814 tot 1840, een verder in Latijns-Amerika nauwelijks voorkomende "volksregering", waarbij de nadruk sterk op een streven naar autarkie lag. Ook trachtte deze heerser door hoge invoerrechten de binnenlandse productie te bevorderen, het grootgrondbezit, o.a. dat van de Rooms-Katholieke Kerk, te confisqueren en dit land onder kleine boeren te verdelen. Hij bestreed de corruptie en maakte zich sterk voor bescherming van de onderste lagen der samenleving, uitgezonderd slaven. Zijn politiek had als nadeel, dat door het ontbreken van een uitgebreid ambtenarenapparaat en van een duidelijk regeringssysteem het land voortaan alleen maar door persoonlijk regerende dictators bestuurd kon worden, als eerste door De Francia's neef. In de Drievoudige Alliantie-oorlog (1865-1870) verloor Paraguay twee derde van de mannelijke bevolking en veel van zijn territorium, waarna de economie een halve eeuw stagneerde. In de Chaco-oorlog werden grote economisch belangrijke gebieden op Bolivia veroverd. Tussen 1954 en 1989 werd het land door de militaire dictator Alfredo Stroessner geregeerd. Sindsdien worden er relatief vrije presidentsverkiezingen gehouden.