Albanië (Albanees: Shqipëria of Shqipnija), officieel de Republiek Albanië (Republika e Shqipërisë), is een republiek in het westen van het Balkanschiereiland. Het land grenst kloksgewijs aan Montenegro, Kosovo, Noord-Macedonië, Griekenland en de Ionische en Adriatische Zee. De hoofdstad en grootste stad van Albanië is Tirana in het centrum van het land, dat 610.070 (volkstelling 2015) van de in totaal meer dan 3 miljoen inwoners huisvest.
Albanië was eeuwenlang een uithoek van het Ottomaanse Rijk. In 1912 werd het land onafhankelijk en na de Tweede Wereldoorlog kreeg het onder Enver Hoxha een dogmatisch communistisch regime dat zich steeds verder van de rest van de wereld isoleerde. Sinds de val daarvan in 1991 is Albanië een parlementaire democratie. Vrijemarkthervormingen in het land hebben de weg opengesteld voor buitenlandse investeerders, met name in de energie- en vervoersinfrastructuursector.
Albanië is lid van de Verenigde Naties, de NAVO, de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa, de Raad van Europa, de Wereldhandelsorganisatie en de Organisatie voor Islamitische Samenwerking en is een van de oprichtende leden van de Unie voor het Middellandse Zeegebied. Sinds 24 juni 2014 is het daarnaast kandidaat-lid van de Europese Unie, nadat het reeds in 2009 dat statuut aanvroeg.
Het gebied werd in de oudheid geregeerd door Illyriërs en Thraciërs en kwam later onder Romeins, Byzantijns en Ottomaans bewind.
Toen Albanië door de Eerste Balkanoorlog werd afgesneden van het Ottomaanse Rijk, riep het op 28 november 1912 zijn onafhankelijkheid uit. Delen van Albanië werden bezet door Servië, Montenegro en Griekenland, maar onder druk van vooral Oostenrijk-Hongarije en Italië werd het land door de internationale gemeenschap erkend. Alleen Montenegro zette het beleg van de noordelijke stad Shkodër door en Griekenland bezette Noord-Epirus in het zuiden van het land. Van november 1913 tot augustus 1914 leidde de Nederlandse generaal Willem de Veer samen met majoor Lodewijk Thomson een militaire missie met als doel het opbouwen van een Albanese gendarmerie. De Duits-Nederlandse prins Wilhelm zu Wied werd benoemd tot soeverein vorst of mbret.
Vanwege interne opstanden aangewakkerd door verschillende buurlanden moesten zowel de Nederlandse officieren als Wilhelm zu Wied het land verlaten. Hoewel het zich tijdens de Eerste Wereldoorlog neutraal verklaarde, vielen Italië, Servië, Montenegro en Griekenland het land binnen om het onderling te verdelen. In januari/februari 1916 werd Albanië overgenomen door Oostenrijk-Hongarije in het noorden en midden, en door de Bulgaren in het oosten van het land.
Aan het einde van de Eerste Wereldoorlog trokken de verschillende partijen zich terug onder dwang van de Verenigde Staten. Als laatsten verlieten de Italianen in 1920 het land. In 1925 werd Albanië een republiek onder leiding van Ahmet Zogu, een voormalig krijgsheer. In 1928 kroonde hij zichzelf tot koning Zog I. In de jaren dertig werd Albanië meer en meer afhankelijk van Italië, totdat Italië het land annexeerde in 1939. Na 1944 werd Albanië een satellietstaat van de Sovjet-Unie, waarmee het in 1961 brak vanwege de destalinisatiepolitiek van Nikita Chroesjtsjov. In 1968 verliet Albanië als eerste en enige land tijdens de Koude Oorlog het Warschaupact en werd het een bondgenoot van het communistische China, tot grote woede van de Sovjet-Unie.
De verkiezingen in 1992 maakten een eind aan de macht van de Communistische Partij en er werd een democratische overheid gevormd. In 1997 brak in het land anarchie uit, na de ineenstorting van piramidefondsen die veel beleggers tot een compleet bankroet had gedreven.
ISO |
Valuta |
Symbool |
Significant cijfer |
ALL |
Albanese lek
(Albanian lek) |
L |
2 |